Roos, C. (eindredactie)-Geboren om te lijden?
Artikelnummer: 9789088970627 OverzichtGeboren om te lijden, onder eindredactie van C. Roos, geeft een uniek verslag in woord en beeld van de Holocaust in Oekraïne (1941-1944).
De interviews, getuigenissen en portretten van 33 Joodse overlevenden in Israël en Oekraïne zijn samengevoegd in dit indrukwekkende herinneringsboek.
Van 15 september 1947 tot 10 april 1948 stonden in Neurenberg 24 voormalige leiders van de Duitse Einsatzgruppen terecht voor de moord op meer dan 1 miljoen burgers, waarvan het merendeel Joden. Deze massamoord vond plaats in de Sovjet-Unie na de Duitse inval op 22 juni 1941. Bij het door de Amerikanen ingestelde militaire tribunaal fungeerde Benjamin Ferencz als hoofdaanklager. Slechts twee dagen kostte het hem om het bewijs te presenteren. Het was zijn bewuste keuze om enkel officiële nazi-rapporten van de mobiele moordeskaders aan te voeren. Getuigenverklaringen liet hij achterwege, omdat die immers subjectief en daarom minder betrouwbaar zijn. Het was juridisch gezien een begrijpelijke keuze, maar het ontnam de slachtoffers hun stem. Zij waren in de rechtszaal enkel vertegenwoordigd in de vorm van kille cijfers.
Ook in de decennia na het tribunaal in Neurenberg werden relatief weinig getuigen- en slachtofferverklaringen van de genocide in de Sovjet-Unie gepubliceerd. De meeste persoonlijke Holocaustverhalen zijn geschreven door de overlevenden van de deportaties vanuit Europa naar de vernietigingskampen in Polen. Het in 2009 gepubliceerde boek "Holocaust door kogels" vormt één van de uitzonderingen. De Franse priester Patrick Desbois interviewde in Oekraïne voor dit boek vele niet-Joodse getuigen van de massamoord op de Joodse bevolking die hier tijdens de Tweede Wereldoorlog plaatsvond. Joodse overlevenden zijn moeilijker te vinden: slechts een enkeling wist te ontsnappen aan de massa-executies. In het recent gepubliceerde boek "Geboren om te lijden" komen echter toch meer dan dertig Joden aan het woord die ontsnapten aan de vuurpelotons van de Duitsers, hun Roemeense bondgenoten en Oekraïense collaborateurs.
Het merendeel van de voor dit boek geïnterviewde Holocaustoverlevenden is afkomstig uit Oekraïne, in het bijzonder de West-Oekraïense provincie Vinnitsa. Overlevenden van bijvoorbeeld de veel bekendere massa-executie in Babi Jar bij de Oekraïense hoofdstad Kiev komen niet aan het woord. Een deel van de provincie Vinnitsa maakte na 1941 onderdeel uit van Transnistrië, de toenmalige regio tussen de rivieren de Dnjester en de Zuidelijke Boeg die door de Duitsers toegewezen werd aan hun Roemeense bondgenoot. Door de Roemenen werden honderdduizenden Joden vanuit de historische regio’s Bessarabië en de Boekovina te voet afgevoerd naar Transnistië. Velen stierven tijdens de zogenoemde "Dodenmarsen". Desondanks waren de overlevingskansen voor Joden in Roemeense handen groter dan in Duitse. Velen kwamen terecht in getto’s, zoals die van Bershad. Daar verbleven ze onder erbarmelijke omstandigheden en stierven velen, maar over het algemeen bleef hen directe en massale uitroeiing door de vuurpelotons van de Einsatzgruppen bespaard.
De gebieden en plaatsen die in het boek ter sprake komen, zijn voor de gemiddelde Nederlandse en Belgische lezer hoogstens bij naam bekend. Iedereen kent Auschwitz, maar bijvoorbeeld het Roemeense kamp Pechora zal vrijwel niemand iets zeggen. Joodse gevangenen werden hier door de Roemenen bij wijze van experiment uitgehongerd en geïnjecteerd met ziekten. Verschillende overlevenden vertellen over de afschuwelijke omstandigheden in dit kamp waar naar schatting 50.000 gevangenen stierven. Eén overlevende nam de samenstellers van het boek mee naar de locatie van het kamp. Terwijl Auschwitz dagelijks bezocht wordt door busladingen toeristen, is deze plek in Oekraïne vergeten door het grote publiek. Het gebouw waarin het kamp gevestigd was, huisvest tegenwoordig een orthopedische kliniek. Slechts een muurplaquette en enkele monumenten op een paar kilometer afstand in de bossen (de locatie van de massagraven) herinneren aan de tragedie van Pechora.
Behalve over tot dusver weinig bekende facetten van de Holocaust vertellen de getuigenissen ons ook meer over de rol van de Oekraïense bevolking bij de massamoord op de Joden. Een eenduidige rol was dat niet. Sommige Oekraïners waren niet minder antisemitisch dan de nazi’s zelf en collaboreerden met de Duitsers en hun bondgenoten. Zo vertelt iemand in het boek over hoe een orthodoxe priester, die aasde op één van de koeien van een Joodse vrouw, in zijn kerk een stemming hield onder zijn geloofsgenoten waarna besloten werd de Joden te verdrijven. Andere Oekraïners schoten de Joden juist te hulp. Tot 1 januari 2013 werden door het Israëlische Holocaustinstituut Yad Vashem 2.441 niet-Joodse Oekraïners onderscheiden voor hun hulp aan Joden tijdens de Tweede Wereldoorlog. Meerdere van de in dit boek geïnterviewde personen danken hun leven aan hun Oekraïense medemens. Zo werd één van hen gered door de buurman van haar grootmoeder. Ze werd als baby’tje door hem uit het met prikkeldraad omheinde getto van Ulanov gehaald en bleef bij hem tot na de oorlog, verzorgd alsof ze zijn eigen kleindochter was.
Het boek werd samengesteld door eindredacteur Cor Roos. Samen met zijn vrouw en enkele vrienden bestuurt hij de Stichting Desert Rose. Deze christelijke hulporganisatie houdt zich bezig met het ondersteunen van Russisch sprekende Joodse Holocaustoverlevenden uit Oekraïne in Israël. Gesprekken met deze mensen moedigden hem aan tot het publiceren van dit boek. Hij reisde ervoor naar verschillende locaties in Israël en Oekraïne, telkens vergezeld door fotograaf Albert Jan ten Napel. Die laatste maakte van alle geïnterviewde bejaarde mannen en vrouwen aansprekende portretfoto’s die in kleur zijn opgenomen in het boek. Behalve van fotomateriaal zijn de verhalen telkens ook voorzien van een bijschrift van de redactie waarin aanvullende informatie gegeven wordt over de historische gebeurtenissen en personen die ter sprake komen. De verschillende reeksen verhalen zijn ook voorzien van een korte introductie, hoewel helaas een meer algemene beschrijving van de Holocaust in de voormalige Sovjet-Unie en de voorgeschiedenis daarvan ontbreekt.
Niet de objectieve historische gegevens staan centraal in "Geboren om te lijden", maar de persoonlijke verhalen. In die zin onderscheidt het boek zich dus van het Einsatzgruppen-proces in Neurenberg met Benjamin Ferencz als hoofdaanklager. Diens vrees voor de beperkte betrouwbaarheid van ooggetuigenverslagen moet bij het lezen echter wel in ogenschouw genomen worden. Zo herinnert één van de personen in het boek zich dat de Duitsers helmen met een lange piek droegen, een hoofddeksel dat enkel gedragen werd tijdens de Eerste Wereldoorlog. Door de hoeveelheid aan ooggetuigenverslagen ontstaat desondanks een representatief en objectief beeld van wat onder de Oekraïense Joden bekend staat als de Grote Catastrofe. Behalve over hun oorlogservaringen vertellen ze ook over hoe het hen later in hun leven verging en welke last ze tegenwoordig soms nog dagelijks ondervinden van die tijd. Ook komt hun leven in Israël en hun geloofsbeleving aan bod. Het boek geeft een stem aan de mensen die tot dusver nauwelijks aan het woord kwamen en brengt "degenen die in de Holocaust omkwamen terug in herinnering", zoals één van de geïnterviewden dat zo mooi formuleert.
Met een voorwoord van prof. dr. Hans Jansen.
Schrijver
C. Roos (eindredactie)
Titel
Geboren om te lijden?-Een uniek verslag van de Holocaust in Oekraine
Uitgever
Groen
Plaats van uitgave
Heerenveen
Jaar van uitgave
2013
Aantal pagina's
256 blz.
Bijzonderheden
Gebonden, miniem kaal plekje aan onderkant voorplat, verder in prima staat.
ISBN of EAN
9789088970627